Pentagram

Ik draag altijd pentagram-oorbellen, waarom eigenlijk?

En toen we in 2005 terug naar Nederland kwamen, vertelden vrienden en bekenden me, dat deze oorbellen “not done” zouden zijn, als ik in Nederland zou gaan werken. Oh?!

Nou heeft me dat niet afgeschrikt, maar apart vond ik het wel. 
Graag wil ik wat meer over het pentagram vertellen en over het “waarom” ik deze oorbellen draag.

Tot aan de 19e eeuw had het pentagram geen enkele negatieve betekenis.
Het pentagram is terug te herleiden tot aan 3500 v. Chr.
In het oude Mesopotamië was het een symbool voor de macht van het rijk, van de heersers. Bij de Hebreeuwers was het een symbool voor Waarheid.

Om verder een paar voorbeelden te geven:
Voor de druïden was het symbool van goddelijkheid.
In Egypte gold het als symbool voor de onderaardse (moeder)schoot.
Volgens de Kelten was het pentagram verbonden met de onderaardse Godin Morrigan.
Voor Christenen in de Middeleeuwen gold het als het symbool voor de vijf Wonden van Christus.
De christelijke keizer Constantijn I gebruikte het pentagram, samen met het chi-ro symbool in zijn zegel.
Rond 1946 adopteerde Gerald Gardner het pentagram met de twee punten naar boven als een sigil (magisch zegel) voor de initiatie op het tweede niveau in de nieuw opkomende, nieuw-heidense hekserij-rituelen, die later de naam Wicca kregen.
Het pentagram met een punt naar boven werd, samen met de naar boven wijzende driehoek het symbool voor de derdegraads inwijding.

Pas vanaf 1960/1970 kreeg het pentagram weer een functie als ketting die gedragen werd in de vorm van een amulet.

De punt naar boven staat voor het Universum/de Geest. De andere 4 punten staan voor Oosten en element Lucht, Westen en element Water, Zuiden en element Vuur en Noorden en element Aarde.

De vier elementen zijn de vier oerprincipes van waaruit alles is opgebouwd.

De mannelijke zijn vuur en lucht, de vrouwelijke zijn aarde en water. Alle mensen hebben de vier elementen in zich en hebben mannelijk en vrouwelijk in zich.

De elementen uiten zich op alle bestaansniveaus. Ze zijn nodig om te kunnen overleven, ze vervullen de basisbehoeftes van ieder levend wezen. Het vuur houdt ons warm, meestal in de vorm van de zon. Het water stilt onze dorst, de aarde brengt ons voedsel voort en we kunnen slechts enkele minuten zonder lucht.